يَوْمَ نَدْعُو كُلَّ أُنَاسٍ بِإِمَامِهِمْ ۖ فَمَنْ أُوتِيَ كِتَابَهُ بِيَمِينِهِ فَأُولَٰئِكَ يَقْرَءُونَ كِتَابَهُمْ وَلَا يُظْلَمُونَ فَتِيلًا
Keyzer
Op een zekeren dag zullen wij alle menschen oproepen, om met hunne opperhoofden te worden geoordeeld, en zij die het boek, dat hun gegeven werd, in de rechterhand hebben, zullen hun boek met vreugde en voldoening lezen en geen haar zal hun gekrenkt worden.
Leemhuis
Op de dag dat Wij alle mensen met hun voorganger oproepen. Aan wie dan hun boek in hun rechterhand gegeven wordt, dat zijn zij die hun boek voorlezen en wie nog geen vezeltje onrecht wordt aangedaan.
Siregar
Op de dag waarop Wij alle mensen met hun boeken zullen oproepen: wie dan zijn boek (met zijn daden) in zijn echterhand gegeven wordt: zij zijn degenen die hun boek (met een gerust hart) lezen. En hen zal geen enkel onrecht aangedaan worden.