لَا تَحْسَبَنَّ الَّذِينَ كَفَرُوا مُعْجِزِينَ فِي الْأَرْضِ ۚ وَمَأْوَاهُمُ النَّارُ ۖ وَلَبِئْسَ الْمَصِيرُ
Keyzer
Denk niet dat de ongeloovige Gods voornemens op aarde ijdel zullen maken; en hun verblijf hierna zal het hellevuur wezen; eene ellendige woning zal dat zijn!
Leemhuis
Jij mag niet denken dat zij die ongelovig zijn op de aarde iets kunnen uitrichten; hun verblijfplaats is het vuur en dat is pas een slechte bestemming!
Siregar
Denkt niet dat degenen die ongelovig zijn op de aarde kunnen vluchten (voor hun bestraffing); en hun verblijfplaats is de Hel: en dat is zeker de slechtste bestemming!