Indien zij zich afwenden, zeg: God is mijn helper; er is geen God buiten hem. Op hem vertrouw ik, en hij is de Heer van den grootschen troon.

Maar als zij zich afkeren zeg dan: "God is mij goed genoeg. Er is geen god dan Hij. Op Hem stel ik mijn vertrouwen en Hij is de Heer van de geweldige troon."

Als zij zich dan afwenden, zeg dan: "Allah is mij voldoende, geen god is er dan Hij!, op Hem vertrouw ik, en Hij is de Heer van de Geweldige Troon."